Jump to: navigation, search


Tine van Berken




Tine van Berken (pseudoniem van de Amsterdamse Anna Christina Witmond-Berkhout) moet al flink ziek zijn als ze in een brief aan Top Naeff toezegt haar artikel te zullen plaatsen in het tijdschrift Lente. Want wie de bewuste uitgave van Lente inkijkt, vindt niet alleen het artikel van de dan nog onbekende Naeff, maar ook het In Memoriam van de op dat moment veel gelezen Van Berken, die op 7 december 1899 op 29-jarige leeftijd overleed aan de gevolgen van tuberculose.

Uit de brief blijkt dat Van Berken Top Naeffs beroemd geworden boek School-idyllen (1900) nog net heeft kunnen lezen. Net als de Amerikaanse Louisa Alcott – die ook vrouwen als Marie Henriette Koorders-Boeke en Geertruida Kapteyn-Muysken inspireerde – wordt Van Berken een belangrijk voorbeeld voor Top Naeff. Tussen 1894 en 1899 had zij een indrukwekkend aantal meisjesboeken en kinderboeken geschreven, waaronder bestsellers als Een klaverblad van vier (1894). Ze vertaalde uit het Engels en Duits en was binnen korte tijd een belangrijke inkomstenbron geworden voor haar uitgever Becht.

Ook tijdens haar ziekte moet ze veel hebben geschreven, getuige het postuum verschenen Van een grootmoeder en zeven kleinkinderen (1900), waar de hoofdpersoon zich in de laatste levensfase bevindt.

De historicus Jan ten Brink spreekt zijn bewondering uit voor haar werk: zij ‘maakte onder den ps. Tine van Berken, in zeer korten tijd grooten naam als kinderschrijfster van meer dan gewoon talent’. Eén van haar trouwe lezeressen zou later de moeder worden van de Belgische auteur Johan Daisne: zij bracht haar enthousiasme op haar zoon over. Hij raakte bezeten van haar werk, kocht haar brieven op en schreef de biografie Tine van Berken of de intelligentie der ziel (1962).




SvD, February 2016




Personal tools