Jump to: navigation, search


Heijse, Johanna Jacoba



Image:Heijse.jpg


Johanna Jacoba Heijse

1818-1872


"Geef ons werk, opdat wij brood hebben!"
1869


‘Een oorspronkelijke Nederduitsche roman! 't zal weêr wat geven! En dan 't werk van dames beoordeelen! 't is een buitenkansje!’
‘Hoor vriend!’ was mijn antwoord, als we ooit van opinie verschild hebben, dan is 't nu. Gaarne zie ik een oorspronkelijken roman verschijnen en al voldoet die maar gedeeltelijk aan billijke eischen, ook dan nog roep ik ‘bravo!’ in eenen tijd, waarin alles, rijp en groen, maar aangegrepen en vertaald wordt; om dan nog niet te spreken van dat heerlijke Nederduitsch, dat men dan opdischt. Verscheidene dames heb ik reeds zeer gunstig over ‘de Nichten’ hooren spreken.’
‘Nu nog mooijer!’ riep mijn vriend - hij is nog ongehuwd en heeft reeds vier kruisjes op den rug - ‘ga je op 't oordeel van dames af? Weet je, hoe dat gaat? Marie zegt: A propos, Julie! heb je “de Nichten” al gelezen? magnifique! hè?’ Julie heeft het op de étagère zien liggen, ze wil niet bekennen dat ze achteraan komt en antwoordt: O ja! ‘de Nichten!’ superbe!’ - en zoo zijn er eene massa, die 't uitmuntend! onverbeterlijk! vinden, maar verlegen zouden staan, indien ze de schoonheden, die 't bevat, moesten mededeelen.’
Zonder mij hieraan te bekreunen, zette ik mij aan 't lezen en naauwelijks had ik eenige bladzijden gelezen, of ik vond het werk zóó onderhoudend en den stijl zóó aangenaam, dat ik besloot, om voort te gaan en mijn besluit dan ook ten uitvoer bragt. Na de lezing moet ik bekennen, dat ik mij met het oordeel der door mijnen vriend zoo veroordeelde dames zeer goed kan vereenigen, en elk een aanraad, met deze nichten kennis te maken.
[…]
Wij hopen dat de schrijfster door dit gunstig verslag, dat we onpartijdig en geheel naar onze overtuiging ter neder schreven, moge aangespoord worden, om ons nogmaals een zoo goed geschreven roman aan te bieden en alzoo te toonen, dat – moge er veel vertaald werk in omloop gebragt, en het oorspronkelijke daardoor dikwijls op den achtergrond geschoven worden, - er toch nog onder ons zijn, die de pen weten te voeren en in staat zijn eenen roman zamen te stellen, die zoowel in handeling als stoffaadje aan billijke eischen voldoet.
Vaderlandsche Letteroefeningen, 1860

    • We hope that by this favourable report, written down with complete impartiality and entirely according to our conviction, the authoress will be encouraged to offer us another such well written novel, and thus show that – even if much translated work is brought into circulation, that puts in the shadow original Dutch works - there are still those amongst us who know how to wield the pen and are capable of composing a novel, that on the level both of plot and description meets reasonable requirements.





SvD, 23 June 2013



Personal tools