Jump to: navigation, search


Burkhardt-Bilderdijk, Louisa Sibylla



Image:Burkhardt.jpg


Louisa Sibylla Burkhardt-Bilderdijk

1785-1832


Aan mijn dochtertjen.

Vrucht der teêrste,
Vrucht der eerste
Minneweelde van mijn jeugd!
Lief, onnoozel, teder wichtjen,
Wier aantrekkelijk gezichtjen
't Vaderhart zoo teer verheugt!

[…]


  • HIS DAUGHTER WROTE:

Aan mijn dierbaren Vader.

Ach! 't blijd gevoel doortintelt wel mijn ader
Op 't hooge feest van uw geboortedag,
Maar 'k mis dien gloed, dien geest, geliefde vader!
Die van de wieg reeds in uw aanzijn lag,
Die sprank der godentaal, dat heerlijk kunstvermogen,
Waardoor van de Aarde, in d'Englenrij,
Ge ons wegvoert en houdt opgetogen. -

Mogt met het dierbaar bloed dat door mijne adren vliedt,
Een vonk uws dichtervuurs mijn koude borst ontgloeijen;
Hoe zalig waar dees dag! - en uwer waard zou 't lied,
Met stroomen rein genots mijn zangen overvloeijen!

Maar magteloos aan Pindus’ voet gezeten;
Staar ik verbaasd op d'Adlaar in de lucht,
Wensch met mijn oog de grens te kunnen meten
Van d'eindpaal zijner hooge vlugt:
Maar ach! zijn trotsche vaart houdt mij wel opgetogen,
Verrukking, diep gevoel, grijpt wel mijn zinnen aan,
Maar ik besef te meer, mijn niet, mijn onvermogen,
En durf geen enklen toon zelfs op uw feestdag slaan.

(Voor de Vrienden en Betrekkingen, 1832)


    • If with the precious blood that runs through my veins,
    • A spark of your poetic fire might ignite my cold chest;
    • How blissful would be that day! – and the song worthy of you would,
    • with streams of pure delight overflow my chant!





SvD, 23 June 2013



Personal tools